Interview met Tamara Baars: ‘Ik wil dit jaar mijn manuscript uitgeven’
Tamara Baars won dit jaar de publieksprijs van de Editio Debutantenschrijfwedstrijd én wist ook een nominatie van de vakjury in de wacht te slepen, met haar non-fictie verhaal Er is iets ergs gebeurd. Ze won daarmee onder meer een schrijfopleiding bij Editio. Wij zijn benieuwd naar haar schrijfrituelen en -plannen.
Nogmaals proficiat met de publieksprijs in de Debutantenschrijfwedstrijd. Het was een spannende strijd. Hoe voelde het om op het podium te staan tijdens het Debutantenbal?
Het was zeker een spannende strijd, ongelooflijk. Ik vond het heel erg bijzonder om op het podium te staan. Vooral omdat ik het van tevoren niet had durven dromen. Het winnen van de publieksprijs met daarbij ook nog eens een nominatie van de vakjury voelt als een hartverwarmende aanmoediging om door te gaan met schrijven. Momenteel werk ik aan een manuscript met hetzelfde thema als mijn verhaal, de zelfmoord van mijn broer. Ik hoop mensen die iets vergelijkbaars hebben meegemaakt tot steun te zijn door mijn verhaal te delen. Daarnaast wil ik bijdragen aan het doorbreken van het taboe dat nog al te vaak rust op zelfdoding en depressie.
Je hebt een Editio schrijfcursus gewonnen en volgt nu de cursus Non-fictie. Hoe bevalt het?
Heerlijk. Schrijven is gewoon zó fijn om te doen. We zijn nog maar net gestart met de cursus, maar ik word nu al blij van de feedback van mijn mede-cursisten en van tutor Auke Kok. Daar ga ik veel van leren. Het is ook prettig om even uit mijn manuscript te stappen en weer wat oefeningen te doen en nieuwe inzichten te verwerven.
Wanneer wist je ‘ik wil schrijven’?
Ik schrijf al mijn hele leven lang in dagboeken. Die waren altijd alleen voor mezelf. Pas toen mijn broer in 2008 overleed ontstond het idee: misschien moet ik een boek schrijven over mijn ervaring. Dat idee werd versterkt door de constatering dat er weinig boeken zijn die gaan over het verliezen van een broer of zus door zelfdoding. Terwijl ik zelf juist houvast had aan ervaringsverhalen, hoe tragisch en verdrietig ze ook zijn. Dus begon ik aan mijn boek, en schreef ik me af en toe in voor een cursus of workshop om meer te leren over schrijven en mijn eigen stijl te ontdekken. Ik startte ook een blog, zodat mijn teksten voor het eerst openbaar werden gemaakt. Doodeng, maar vooral ook erg leuk en leerzaam. Pas na een paar jaar kan ik voldoende afstand nemen van het verdriet om mijn broer om erover te schrijven op een manier die ook voor anderen te verteren is. Inmiddels telt mijn manuscript ongeveer 40.000 woorden.
Wat zijn je toekomstplannen en -dromen op schrijfvlak?
Het liefst wil ik dit voorjaar mijn manuscript afronden en nadien uitgeven. Daarvoor denk ik aan eigen beheer. Een uitgeverij vinden is sowieso niet eenvoudig, en het lijkt me prettig om de touwtjes volledig in handen te houden. Ik hoef er tenslotte niet van te leven of dik aan te verdienen. Als uitgeven in eigen beheer lukt, zie ik daarna wel weer verder. Ik weet in ieder geval zeker dat ik blijf schrijven. Hetzij op mijn blog, aan een nieuw boek of ik blijf aan schrijfwedstrijden meedoen. Misschien kan ik nog eens in een blad of krant publiceren, zoals ik eind 2015 deed in Jan Magazine en de NRC Next. Ik ben gewoon dol op taal!
Wat doe je als je niet aan het schrijven bent?
Ontzettend veel lezen. Mijn geld verdien ik met veel plezier als P&O-adviseur bij ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten. Daarnaast ben ik moeder van een kleuterdochter en vrouw van mijn echtgenoot. Verder probeer ik twee keer per week op de spinningbike te klimmen. Ik houd ook van gezellige avonden in de kroeg of genieten van een concert met mijn man of vriendinnen, maar ook aan schandalig lang Netflixen maak ik me wel eens schuldig.