Blog Liesbeth Wieggers: Als schrijver buiten je comfortzone (Deel II)

Liesbeth Wieggers heeft een grote belangstelling voor levensverhalen die ontroeren, het hart raken. Afgelopen zomer nam zij deel aan de Editio Masterclass in Rome.

In haar vorige blog beschreef zij hoe ze, zonder subsidie, met veel tegenslag haar droom verwezenlijkte en de korte film ‘De 54’ tot stand bracht. Vervolgens moest de film door zoveel mogelijk mensen gezien worden. Ook dit ging niet zonder slag of stoot. Hoe ga je daar als schrijver mee om en wat kun je ervan leren? Je leest het in dit tweede deel van Als schrijver buiten je comfortzone.

*

‘De 54’ werd vertoond tijdens het Nederlands Filmfestival en ging naar Italië, Canada, Amerika, Thailand en zelfs Rusland (Vladivostok). Een aantal filmfestivals heb ik kunnen bezoeken en het was interessant en leerzaam om het ‘landen’ van onze film bij het publiek mee te maken. Die landingen waren soms ruw.

In Triëst vindt een gedeelte van het filmprogramma plaats op een groot plein in het centrum, vlak bij zee. Het grote projectiescherm deint mee met de wind. Ik heb geen oog voor de films die geprojecteerd worden, maar houd het scherm in de gaten en vraag me af wanneer de hele constructie om zal waaien. De bezoekers van het festival lijken hier geen last van te hebben. Ze kijken sowieso niet voortdurend naar de films. Ze staan op en maken een ommetje, om daarna ergens anders in een rij te gaan zitten en wat te keuvelen. Ook wordt het plein door toevallige passanten aangedaan.

“En o ja, de films worden vanavond zonder geluid vertoond. “

Ze flaneren langs de rijen stoeltjes, kijken even naar wat er te zien is en kuieren verder. Hele gezinnen komen zo voorbij, verliefde stelletjes, vriendengroepen op de fiets. Er is een constant geroezemoes. Ik neem me voor om later aan mijn mede-makers te vertellen dat het niet altijd gaat om de films zelf, maar dat de sfeer tijdens zo’n festival ook heel belangrijk is.

De openingsavond van een filmfestival in ‘Downtown Los Angeles’, wordt met een ‘rooftop-party’, bovenop een hotel gevierd. De films zullen geprojecteerd worden op een gebouw ernaast. Als ik ga kijken bij de rand van het dakterras, zijn er al films te zien. Zonder geluid, maar dat komt wel, denk ik dan nog, want het festival zal eerst officieel geopend worden. Maar nee, de organisator vertelt me hij dat hij geen openingspraatje gaat houden, dat is allemaal zo stijfjes.

“Als de film later in de week in een echt zaaltje wordt vertoond, zak ik door de grond van schaamte. “

En bovendien, iedereen is al heel cool met elkaar aan het mingelen, die projecties dienen nu als achtergrond voor het feest. En o ja, de films worden vanavond zonder geluid vertoond. Waar hebben ze anders die hippe dj’s voor? Ik ga maar weer door met mingelen. Iedereen is verwelkomend en belangstellend en meer nog, vol bewondering omdat ik daar met een film ben. Doet er niet toe wat het is, het gaat erom dat je het hebt geprobeerd!

Als de film later in de week in een echt zaaltje wordt vertoond, zak ik door de grond van schaamte. Het beeld schokt en het geluid is abominabel. Daar gaat onze mooie Dolby Mix! De eerste die me na de levendige Q & A feliciteert, hoort mijn bezwaren over de projectie aan en zegt dan met een stralend gezicht dat dit bewijst dat onze film supersterk is, want ‘ondanks de technische problemen kwam het verhaal heel goed over.’ Ik heb dit compliment in mijn hart gesloten en me voorgenomen om ook zo’n onverwoestbaar optimistische houding aan te nemen. Die had ik later nog vaak nodig, projecties zonder geluid of overstemd door het geratel van een projector achter een gordijn, waren geen uitzondering.

Als schrijver heb ik veel geleerd van de festivals.

Door de vragen van het publiek ging ik met andere ogen naar mijn verhaal kijken en zag beter wat werkte en wat niet goed overkwam. Ik oefende met kort onder woorden brengen wat de kern was van ons verhaal.

En dat was daarna weer handig bij het ontwikkelen van nieuwe verhalen.

Maar daarover later meer.

Volgende deel →

*

Liesbeth werkte jarenlang als film-editor en monteerde speelfilms en televisieseries als Baantjer, All Stars, Gooische Vrouwen en In Therapie. Daarnaast schreef ze verhalen en ontwikkelde ze scenario’s voor korte films. Sinds 2014 richt ze zich enkel nog op haar grote passie: schrijven, en in datzelfde jaar won ze de ‘Opzij Verhalenwedstrijd’.

 

*

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Blog Liesbeth Wieggers: Als schrijver buiten je comfortzone (Deel I)

Podium / 12 oktober 2017

Editio Masterclass 2017 in Rome

Agenda / 14 september 2017

Inspiratie: Foodbloggen

Thema's / 17 november 2016