Recensie: Schrijven is ritme
C’est le ton qui fait l’histoire
Een tweede boek over schrijven is Thomas Verbogts Schrijven is ritme (2007). Verbogt brengt in dit hulpboek een belangrijk punt naar voren: de cadans van een zin. Gedichten en songteksten worden vaak in verband gebracht met een bepaald metrum, maar beginnend prozaschrijvers vergeten soms dat ritme ook in verhalende teksten belangrijk is. Gelukkig is Verbogts handboek toegankelijk voor iedereen. Helaas doet die toegankelijkheid het boek een beetje de das om. Waar je misschien om uitleg verlangt, krijg je die niet, omdat dan het betoog te technisch zou worden. Wat je wel krijgt zijn sprekende voorbeelden uit de wereldliteratuur, waaronder de interne monoloog van Molly Bloom.
EDITIO sluit goed bij dit schrijfboek aan. Zo wordt die passage van Molly Bloom uit Ulysses (James Joyce, 1922) besproken in Fictie-III en ga je in deze cursus zelf aan de slag met zo’n interne monoloog. Dit is een gedachtestroom die ogenschijnlijk steeds wordt onderbroken, maar nooit door de interpunctie zelf. In Fictie-I en II ben je al bezig met de theorie van Verbogt in de praktijk toe te passen: de afwisseling van korte en lange zinnen is namelijk een hoofdregel bij de schrijflessen.
Zelf vind ik tempo en ritme een moeilijk begrip. Een tip van EDITIO is om de tekst voor te lezen en in een ander lettertype uit te printen. Dit werkt vrij goed, al is een bepaald ritme ook een soort ‘handtekening’ van je eigen tekst. Als die dus niet optimaal is, kom je daar niet zo snel vanaf. Bij EDITIO fictie kom je gaandeweg achter welk soort verhaal bij jouw ritme past. Je kan bijvoorbeeld heel graag een thriller willen schrijven, maar als bij jouw de spanning wordt onderbroken door een bedachtzaam ritme, dan ligt wellicht drama meer in jouw straatje.
Sommige schrijvers kunnen hun ritme afwisselen en dat kan verstrekkende gevolgen hebben. Verbogt geeft het voorbeeld van Ian McEwans On Chesil Beach (2007). Dit is ‘n geweldige roman, maar ik vond het lezen ervan een kwelling. In een tergend ritme vertelt dit boek over een pasgetrouwd koppel dat de liefdesnacht ingaat. Dit gaat met zoveel bombarie en gevoel gepaard dat je er als lezer een beetje onpasselijk van wordt. Hoe anders is Ian McEwans Sweet Tooth (2012), dubbel zo lang, maar leest heerlijk weg. Dit boek heeft het tegenovergestelde onderwerp: een heimelijke romance waarbij de vonken er vanaf vliegen.
Het ritme heeft in beide romans een duidelijke functie. Waar On Chesil Beach de traagheid de tragiek van het bestaan schetst, geeft Sweet Tooth het zinnelijke en avontuurlijke weer van een bloeiende romance. Beide ritmes zijn geweldig neergezet en laten goed zien dat ritme inderdaad een tekst een diepere laag kan geven.
Mede dankzij de toegankelijke stijl en de juiste voorbeelden, kan ik Thomas Verbogts Schrijven is ritme van harte aanbevelen.
Door Jonathan Coffeng