Writer’s block
Wri·ter’s block (het ; meervoud: writer’s blocks) tijdelijk onvermogen van een schrijver om werk te produceren
Het is misschien wel de grootste nachtmerrie voor een schrijver: een writer’s block. Je hoofd voelt leeg, je inspiratie is ver te zoeken en het lijkt onmogelijk om een nieuw verhaal op papier te krijgen. Er wordt gezegd dat iedere schrijver weleens last heeft van een writer’s block. Voor sommige schrijvers is dit een tijdelijk probleem, bij andere kan het jaren duren voor ze weer woorden op papier krijgen.
Eventuele oorzaken:
Angst kan een oorzaak zijn van een writer’s block. Soms is een project te moeilijk of te groot en is de schrijver bang om te falen. Het kan ook zijn dat vorig succes een schrijver in de weg staat. Het is namelijk moeilijk om dat succes te evenaren. De verwachtingen van anderen blokkeren het schrijfvermogen van de auteur op dat moment.
Heftige gebeurtenissen in je leven zoals de dood van een belangrijk persoon, een gebroken hart, een depressie of ziekte kunnen van invloed zijn. Hoewel dit voor sommigen juist een bron van inspiratie is, kan dit bij anderen een totale blokkade opleveren.
Een gebrek aan inspiratie is ook vaak de boosdoener. Soms hebben schrijvers het gevoel dat ze niet meer geïnspireerd worden door hun omgeving. Niets van wat ze zien of meemaken lijkt bruikbaar te zijn voor een verhaal.
Wat kan helpen om je writer’s block te overwinnen?
- Neem een pauze. Ga even iets anders doen en maak je hoofd leeg. Het kan zijn dat een uurtje rust je al goed doet, maar misschien heb je wel een paar dagen of zelfs een paar weken nodig. Probeer niets te forceren, maar ga het schrijven ook niet uit de weg.
- Ga sporten of bewegen. Maak een lange wandeling, ga naar de sportschool, pak de fiets naar de supermarkt of ga een rondje joggen. Beweging heeft een positief effect op lichaam en geest. Als we bewegen maakt ons lichaam endorfine aan. Hierdoor voelen we ons energiek, gelukkig en worden we alerter. Door te bewegen kunnen we ook beter tegen stress en zitten we lekkerder in ons vel.
- Zorg dat je altijd een notitieboekje bij je hebt. De beste ideeën komen meestal op onverwachte momenten en dan moet je ze meteen vastleggen.
- Sluit internet af en zet je telefoon op stil. Probeer je niet te laten afleiden door Facebook, Twitter, je mail of andere berichten. Neem echt even de tijd om je woorden op papier te krijgen.
- Verander eens van schrijfplek. Soms helpt het om je in een andere omgeving te bevinden. Je kunt thuis in een andere kamer gaan zitten, maar misschien helpt het ook wel om naar een bibliotheek of een leuk koffiezaakje te gaan. De een wil absolute stilte tijdens het schrijven, de ander werkt beter met wat geroezemoes om zich heen. Probeer te ontdekken waar jij het liefst schrijft.
- Je kunt ook proberen gewoon te beginnen met schrijven en iets op papier te krijgen. Zeg tegen jezelf dat je het komende uur achter je laptop gaat zitten en hou je daar ook aan. Je hoeft niet meteen een perfect verhaal te hebben. Probeer in ieder geval iets op te schrijven. Het maakt niet uit of dat het begin, het midden of het eind van een verhaal is. Later kun je deze stukken tekst weer aanpassen of uitwerken.
Dit zeggen onze tutors over het hebben van een writer’s block:
Roel Bentz van den Bergh: “Als je een writer’s block hebt, gewoon doorschrijven.”
Guus Luijters: “Als Ik last heb van een ‘writers- block’, maak ik een boek.”
Johan Faber: “Wat er ook gebeurt, ik verlaat de schrijftafel niet, en ga elke dag weer zitten. Vroeg of laat gaat het weer stromen.”
Manon Uphoff: “Wat doe ik als ik een writer’s block heb? Ik ga zitten en schrijf aan opdrachten. Ik ga zitten en staar voor me uit. Ik ga zitten en schrijf wat ‘at random’. Ik ga lezen. Films kijken. Ik heb seks. Ik wacht tot de verveling of juist de herrie in mijn bestaan ondraaglijker wordt dan schrijven, dan ga ik schrijven.”
Patrick van den Hanenberg: “Als ik een writer’s block heb fiets ik vanuit Amsterdam via IJmuiden naar Castricum, en ren daar 10 kilometer door de duinen en langs het strand tussen Castricum en Egmond aan Zee.”
Rob van Essen: “Eerlijk gezegd heb ik tot nu toe nooit last gehad van een writer’s block. Ik zou toch proberen te schrijven, al is het maar een dagboekaantekening of zo. En ik zou schrijvers die ik bewonder gaan herlezen, in de hoop dat ik hierdoor geïnspireerd zou raken. Als dat niet helpt, zou ik schrijvers gaan lezen die ik erg slecht vind, in de hoop dat de gedachte ‘Maar dat kan ik veel beter!’ me weer aan het schrijven krijgt.”
Victor Schiferli: “Een van de beste dingen om te doen als je vast zit is kijken hoe je collega’s het hebben gedaan. Een stuk lezen in een boek dat je bewondert, dat dezelfde sfeer of thematiek heeft, of juist een heel andere thematiek, dat kan je vooruit helpen. Ook muziek kan je in de stemming brengen om weer door te gaan. Ik heb het nu niet over heel grote writer’s blocks, dan helpt alleen stevige medicatie of een verre reis.”
Zo’n writer’s block overkwam Renate Dorrestein, nadat ze haar roman ‘De stiefmoeder’ af had en aan een nieuw boek wilde beginnen. Daarover schreef ze vervolgens ‘De blokkade’, onlangs verschenen bij Podium.